Aardappeltelers hebben voldoende alternatieven voor Chloor IPC voor langdurige bewaring, blijkt uit bewaaronderzoek van Wageningen University & Research (WUR) Open Crops. De resultaten van MD-spuiten in het veld, aangevuld met toegestane ruimtebehandelingen, zijn minimaal vergelijkbaar met traditionele gassen met chloorprofammiddelen.
De aankondiging dat Chloor IPC niet wordt verlengd kwam niet als een verrassing. Chloorprofam is al enige tijd onderwerp van discussie. Met name de voedselveiligheidsautoriteit EFSA gaf vanwege residuen een negatief advies voor gebruik als kiemremmer.
De Europese Commissie heeft uiteindelijk besloten om producten die deze werkzame stof bevatten per 8 januari 2020 te verbieden, met een gebruiksduur die per lidstaat verschilt. Overigens is de verwachting dat Chloor IPC het komende bewaarseizoen nog gebruikt kan worden.
Alternatieven testen
Voor Arysta LifeScience, nu onderdeel van gewasbeschermingsfabrikant UPL, leidde de onzekerheid rond chloorprofam tot het testen van alternatieven voor kiemremming. WUR Open Crops in Lelystad heeft hiervoor vorig jaar een grote bewaarproef uitgevoerd. Hierin worden behandelingen met chloor vergeleken met onder andere onbehandeld en met alleen spuiten met Royal MH, waarvan UPL vergunninghouder is.
Onderzoeker Joop Esselink van WUR legt uit dat de aardappelen van de proefrassen Agria, Fontane, Innovator en Nicola half mei voor het laatst zijn beoordeeld op uitwendige kiem, inwendige kiem, bewaarverlies en algemene kwaliteit. De aardappelen worden bewaard bij 7 graden met buitenluchtkoeling. Chloor IPC werd vier keer toegediend in een aanbevolen dosis.
Verlies van vocht
Uit de resultaten blijkt dat de enkelvoudige toepassing met MH hetzelfde scoort als de kiemremming met Chloor IPC. Van eind februari tot half mei zijn de verschillende objecten vijf keer bemonsterd.
'Bij Agria was er gedurende de gehele bewaarperiode van de behandelde objecten nauwelijks sprake van kiemvorming op de knollen. De andere drie rassen lieten bij de laatste beoordeling wel wat uitwendige kiem zien, zowel in Chloor IPC als in MH', aldus Esselink. 'Kijken we naar vochtverlies, dan scoort MH gemiddeld iets beter dan Chloor IPC.'
MH is vooral sterk in het bestrijden van interne ziektekiemen bij een gevoelig ras als Innovator, is de ervaring van Esselink. Met Chloor IPC was het aandeel inwendige kiemen in dit ras in het bewaaronderzoek bijna 11 procent. Er werd geen interne kiem gevonden in de monsters van met MH behandelde aardappelen.
Potentie bevestigd
Volgens Esselink bevestigt het bewaaronderzoek van WUR Open Crops de potentie van MD's als kiemverlenger. 'Zeker in combinatie met toegestane ruimtebehandelingen vormt MH een solide basis om consumptieaardappelen lang stil te houden', zegt hij.
'In deze studie moeten we er echter op wijzen dat het seizoen 2017-2018 ideaal was voor MH-behandeling. Het middel werd destijds meestal op een vitaal aardappelgewas gespoten en dat is van groot belang voor een goede opname en dus een goede werking. '
UPL akkerbouwspecialist Leen Struik geeft aan dat het ondanks de onderzoeksresultaten niet de bedoeling is om MD's alleen voor langdurige bewaring aan te bevelen. 'Tot februari werkt MH vaak voldoende. Als de aardappelen langer zitten, zijn ondanks het longitudinale effect van MH vaak aanvullende ruimtebehandelingen nodig. Het blijft belangrijk om regelmatig partijen te controleren. Zodra er witte puntjes op de knollen zichtbaar zijn, is actie geboden. '
Natuurlijke olie
Producten zoals 1,4Sight, Biox M of het Restrain-systeem met ethyleen zijn beschikbaar voor kamerbehandelingen. Daarnaast verwacht UPL op niet al te lange termijn goedkeuring voor een nieuwe kiemremmer. Het betreft een product op basis van een natuurlijke olie die ook in opslagruimten wordt ingedampt.
De middelen die na volgend jaar nog gebruikt mogen worden voor toediening in bewaarcellen zijn volgens Struik aanzienlijk duurder dan Chloor IPC. 'Het voordeel van het spuiten van MH is dat lagere doseringen en minder toedieningen van de kiemremmers voldoende effect geven. Aardappeltelers die lang bewaren kunnen zo zo'n 25 tot 30 procent besparen op hun kosten voor kiemremming. '
Struik vertelt dat het gebruik van MD in aardappelen de laatste jaren sterk is toegenomen. Volgens hem kiezen veel telers voor deze methode van kiemremming vanwege de redelijke beheersing van de aardappelbewaring en het neveneffect op de doorteelt. 'Het principe van drie vliegen in één klap spreekt in de praktijk aan.'Spuiten op een vitaal gewas heeft het beste effectEen terugkerend discussiepunt over MH is het beste moment om in het veld toe te dienen. Leen Struik legt uit dat UPL adviseert om drie tot vijf weken voor de loofdoding op een vitaal gewas te spuiten. De akkerbouwspecialist legt uit dat er als extra controle ook gekeken wordt naar de knolmaat onder het gewas. 'Met 80 procent van de knollen groter dan 25 tot 30 millimeter zou spuiten niet ten koste gaan van de kilo's.' Maar volgens Struik blijkt in de praktijk ook bij vroege toepassingen het opbrengstverlies door MH mee te vallen. Hij wijst erop dat veel percelen in 2018 relatief vroeg zijn bespoten vanwege de aanhoudende groei. 'Voor zover bekend was er geen negatief effect op de uiteindelijke productie. Dit is een bevestiging van resultaten in oud Engels onderzoek.