Peter van der Poel uit Abbenbroek kreeg in juli bezoek van de koning, die een indruk wilde krijgen van de impact van corona op de aardappelafzet. De teler was zeer vereerd, maar maakt zich meer zorgen over het nieuwe verkoopseizoen.
Op hun akkerbouwbedrijf in het Zuid-Hollandse Abbenbroek vertelden Peter en Rosalinda van der Poel in juli uitgebreid aan koning Willem-Alexander over de impact van kroon op hun boerderij. Een belangrijke aanleiding voor het bezoek was de bijna stilgevallen verkoop van fritesaardappelen. Het koppel vroeg zich toen nog af hoe de verkoop van een deel van hun fritesaardappelen zou verlopen. Ze hadden nog 750 ton Ramos-aardappelen in bewaring: 300 ton vrij en 450 ton onder contract voor Farm Frites. De Innovators waren net vertrokken voor de uitbraak van het coronavirus.
Twee locaties
Drie maanden na het koninklijk bezoek vertellen de akkerbouwers hoe de verkoop van de fritesaardappelen is verlopen. Ze telen hun aardappelen op twee locaties op Voorne-Putten, in Abbenbroek waar ze wonen, en in Tinte, 10 kilometer verderop. Vorig jaar in totaal 34 hectare.
PETER VAN DER POEL, AKKERBOUWER IN ABBENBROEK
Het bedrijf in Abbenbroek is het moederbedrijf van Rosalinda van der Poel. In Tinte zit het ouderlijk bedrijf van Peter van der Poel. Dat was vroeger een veehouderij. Op die plek bevindt zich lichte, goed verwerkbare grond. De ondernemers daar telen aardappelen 1 op de 3. Zo'n intensieve rotatie is daar terecht, legt Peter van der Poel uit. 'Het is altijd al weiland geweest en we telen er alleen vroege aardappelrassen.'
watering
Vorig seizoen groeiden daar Solist en Folva, beide vroege tafelaardappelrassen. Van der Poel is positief over Soloist. In juli oogst hij vaak 50 ton van dat ras. Voor een dergelijke opbrengst is het noodzakelijk om regelmatig te irrigeren. 'Vier of vijf keer is echt nodig, anders geeft Solist snel op.'
De grond op de locatie in Abbenbroek is vrij zwaar. Daar telen de akkerbouwers het tafelaardappelras Taisiya en de fritesrassen Ramos en Innovator. Van der Poel kan alleen op dat bedrijf aardappelen bewaren. Er is ruimte voor 14 hectare opslag. Dat was het areaal dat de vader van Rosalinda van der Poel altijd verbouwde. Peter en Rosalinda van der Poel hebben dat bedrijf twee jaar geleden overgenomen en beide bedrijven samengevoegd.
Heel veel land
De beperkte opslagcapaciteit is een belangrijke reden dat de vroege rassen nu het land verlaten. Maar de telers willen meer zelf kunnen opslaan. Ze lieten al tekeningen maken voor een nieuwe kistenbewaring op hun huidige bedrijf, met mechanische koeling, speciaal voor de lange bewaring van tafelaardappelen.
Van der Poel legt uit dat de bouwkosten van kistenbewaring iets lager zijn dan bewaring met ondergrondse grachten, omdat er geen drukwanden nodig zijn. Maar met de aanschaf van de dozen liggen de kosten ongeveer op hetzelfde niveau. In beide gevallen zorgt de mechanische koeling voor hogere bouwkosten. Maar dat plan ligt nu even op de plank. 'Eerst afwachten hoe de coronacrisis zich ontwikkelt', zegt de akkerbouwer. Ook volgend seizoen zal hij tweederde van zijn aardappelen van het land verkopen. Hij benadrukt dat afland niet alleen nadelen heeft. 'Je hebt lagere kosten omdat je niet hoeft aan te houden en je hebt al vroeg in het seizoen liquide middelen. Dat is handig. Bovendien zorgt het voor een goede spreiding van de afzet over het seizoen. '
Ophalen vertraagd
Aan het begin van de coronaperiode maakte Van der Poel zich niet zo druk om de afzet van zijn fritesaardappelen. 'Normaal bewaar ik het tot mei of juni, dus in het begin was ik niet al te zenuwachtig.' Maar de klant bleef het ophalen uitstellen. Wel liet de teler elke twee weken bakmonsters nemen van de aardappelen in zijn bewaarplaats. Uiteindelijk heeft de klant zich aan het contract gehouden. Hij heeft de aardappelen opgehaald voor de afgesproken prijs. “We zijn blij dat de klant de opdracht is nagekomen”, zegt Rosalinda van der Poel.
Overheidscompensatie
Peter van der Poel verkocht eerst de resterende 300 ton gratis aardappelen voor vlokken, maar ook die klant stelde de afhaling steeds uit. Hij besloot toen om de partij voor 3 cent per kilo diervoeder via een handelaar te verkopen. Met de coronacompensatie van de overheid van 6 cent per kilo leverden die gratis aardappelen uiteindelijk 9 cent per kilo op. "Dat is erg, maar niet erg slecht." Al met al heeft de akkerbouwer tot nu toe geen slecht aardappeljaar gehad. Maar hij maakt zich meer zorgen over het komende verkoopseizoen dan over vorig seizoen. 'De coronacrisis duurt voort en er worden veel minder chips verkocht. Van een prijs van 3 cent kan niemand leven. Daar maak ik me wel zorgen over. Ik verwacht dat het aardappelareaal volgend jaar zal krimpen. '